Op haar negentwintigste heeft Aurélie de Mévius al een mooi parcours achter de rug. Ze is een ervaren ruiter en heeft getraind met Pat Parelli, een wereldfiguur in de paardenethologie. Vervolgens keerde ze terug naar België met een ambitieus project: een plek creëren om paarden en ruiters te verwelkomen. Op die manier is Aquila Farm ontstaan.
Paarden maken al sinds uw kindertijd deel uit van uw leven. Is het een familiepassie?
Ik ben met paardrijden begonnen op een leeftijd van ongeveer 3 jaar. Ik werd altijd al aangetrokken door paarden. Mijn naaste familie was behoorlijk actief in de autosport, maar ik heb een tante die rijlessen voor kinderen organiseerde. Daarna heb ik deelgenomen aan wedstrijden op nationaal en internationaal niveau en aan complete concours.
Hoe bent u zich gaan interesseren in ethologie?
Toen ik 15 jaar was, heb ik een vrij ernstig ongeval gekregen. Dit was de aanleiding om me enkele vragen te stellen. Waarom paardrijden? Waarom volgen bepaalde paarden ons niet bij sportieve projecten, die op een bepaald niveau de gehechtheid en het vertrouwen van het paard vereisen? Zonder dit komt er een moment waarop het duo paard-ruiter niet meer werkt en waarbij een ongeluk voor de ene of de andere kan gebeuren. Het kleine zaadje van de ethologie (de wetenschap die het gedrag van diersoorten in hun natuurlijke omgeving bestudeert, n.v.d.r.) was geplant. Aan de basis van deze manier van kijken naar de relatie mens-dier ligt het ontstaan van wat men het “fundament” tussen mens en paard noemt.
Het is een werk van geduld, welke een zeer sterke band schept boordevol begrip, respect en wederzijds vertrouwen. Een van de meesters in deze materie is Pat Parelli en ik had jaren later de prachtige kans om van hem te mogen leren.
Hoe heeft u Pat Parelli ontmoet?
Nadat ik in mijn eerste jaar Rechten aan de universiteit ben gestopt, waren de schoolbanken niet echt mijn ding meer. Tijdens een eerste reis naar de Verenigde Staten heb ik kennisgemaakt met de professionele opleiding die Pat Parelli aanbood. Deze man, in de voetsporen van Monty Roberts – de man die paarden in het oor fluisterde en de inspiratie voor de beroemde film –, heeft een methode ontwikkeld: de Parelli Natural Horsemanship. Ik kreeg toen, in 2011, zin om deze opleiding te volgen.
Waaruit bestond deze opleiding?
Met zijn vrouw heeft hij een programma gecreëerd. Zij geven opleiding aan beroepen die met paarden te maken hebben. Dit is zeer gevarieerd: het gaat van het leren verzorgen tot het organiseren van evenementen of shows. Alles wordt gedaan met respect voor het dier om zijn medewerking te krijgen, in plaats van het te onderwerpen door middel van geweld. Er is enorm veel praktijk, maar er is ook theorie. Het is cruciaal om zowel het paard als de ruiter te begrijpen, alsook hoe een bedrijf op te bouwen. De opleiding is heel professioneel en dat is wat ik zo aangenaam vond.
Hoelang bent u gebleven?
Ik heb in Europa getraind in Zwitserland, Nederland en Engeland. Ik heb gedurende drie maanden een stage gevolgd en daarna werd ik toegelaten tot het stageprogramma binnen het team van Pat Parelli. Daar heb ik gedurende twee jaar in een hecht team voor hem en zijn vrouw gewerkt. Het was uiteraard buitengewoon leerzaam en weinig mensen hebben de kans om schouder aan schouder met hen te kunnen samenwerken.
Bent u daarna teruggekeerd naar België?
Ja, mijn familie en mijn leven zijn hier. Na deze opgedane ervaring in verschillende disciplines wilde ik mijn eigen plek creëren en een project tot stand brengen dat sport en horsemanship combineert. Het is een methode die zich sinds de jaren ’80 heeft ontwikkeld op alle niveaus van de paardensport. Veel van de beste ruiters ter wereld gebruiken het dagelijks en verbeteren hun prestaties dankzij de hechte band die ze met hun paard opbouwen. De Internationale Paardenfederatie probeert eveneens deze richting op te gaan: het welzijn van de dieren zou tegenwoordig centraal moeten staan bij de sportcompetities die dieren ‘gebruiken’.
Om Aquila Farm te creëren, deed u een beroep op Lionel Jadot, die nochtans geen ervaring had op gebied van het bouwen van paardensportfaciliteiten. Hoe verliep de samenwerking?
Ik kende Lionel Jadot, omdat hij het huis van mijn ouders had gerenoveerd. In het begin dacht ik na over mijn project, samen met een andere architect die bekend was met klassieke bouwconstructies in het domein van paarden.
Maar de voorstellen bevielen ons niet en tijdens de besprekingen met Lionel, zei hij ons: “Ok, ik heb dit nog nooit gedaan, maar het interesseert me, dus waarom niet?” Ik aanvaardde dat we gingen nadenken over dit project. De eerste versie was heel verrassend en maakte mij een beetje bang. Maar mijn ouders zeiden me dat ik hem moest vertrouwen en ze hadden gelijk.
Wat heeft hij bijgedragen tot uw project?
Zijn nieuwsgierigheid en zijn frisse kijk op dit type van constructie. Hij is een grote professional die tot op de bodem van de zaak gaat. Hij schenkt aandacht aan een reeks details, waaraan andere architecten met ervaring in paardensportconstructies geen aandacht schonken, uit gewoonte om op een bepaalde manier te werken. De frisheid van zijn ‘onervarenheid’ in de materie heeft hem het lef gegeven om de paarden, het dagelijkse leven en de praktische kant vanuit een ander perspectief te bekijken. En vervolgens staat het licht centraal in zijn werk: ook zeer belangrijk voor paarden. Lionel is een man die, behalve zijn architect-zijn, ook gebouwen tot leven brengt. Ik wist wat ik wou, dus op bepaalde punten was het lastenboek zeer nauwkeurig en veeleisend. Lionel heeft ons nog veel verder gebracht en bijgevolg is het een waar genoegen om in deze structuur te werken en te leven.
U heeft daar uw professioneel project volledig geïnstalleerd?
Ja, we hebben een twintigtal boxen, plus een ‘paddock paradise’: een omgeving waar een kudde paarden op een vrije manier samenleven. Alle boxen zijn voorzien van een kleine paddock buiten, waar het paard kan bewegen zoals het wil. Dit maakt zijn beweging makkelijk, maar het bevordert vooral het contact met andere paarden en met de externe elementen. De grote uitdaging was om een stal te bouwen die comfortabel was voor de paarden, hun eigenaar en het personeel dat hen begeleidt.
Waaruit bestaan uw dagelijkse activiteiten?
Met een team rondom mij, hebben wij drie werkterreinen: het zadelmak maken van de paarden (een jong paard opleiden om te worden bereden, n.v.d.r.), het trainen van sportpaarden en de revalidatie van paarden die ziek zijn geweest of die het werk hervatten na een blessure. Chronische verwondingen en psychische problemen is wat wij behandelen. Over het algemeen verwelkomen wij paarden wanneer ze de kliniek verlaten en we begeleiden hen en hun eigenaren tot op het moment dat ze terug op weg zijn om hun sportieve activiteiten te hervatten, nadat ze hun mentale en fysieke comfort hebben teruggevonden.
Wat verstaat u onder “de eigenaars begeleiden”?
Na een ongeval of een blessure is er het medische aspect, maar er is ook het welzijn van het paard. Een paard is zelden van nature uit stout. Als het moeilijk is, is het vaak omdat het pijn heeft of niet gelukkig is in de omgeving waar het is, of omdat het werk niet aangepast is.
De tijd nemen om deze vragen over zijn paard te stellen, kan ertoe leiden dat de ruiter-eigenaar zijn organisatie, de keuzes die hij in verband met zijn rijden heeft gemaakt, in twijfel trekt. Het is een pad van bevraging dat misschien ingewikkeld lijkt, maar dat, denk ik, meer en meer de norm wordt.
Biedt u ook trainingen aan voor bepaalde ruiters?
Wij hebben inderdaad een opleiding op punt gesteld die dan wel niet tot een diploma leidt, maar die veel ervaring bijbrengt. Het is een investering op lange termijn: van drie à zes maanden tot twee jaar. Wij verwelkomen jonge of minder jonge mensen die zich willen scholen in beroepen die met paarden te maken hebben. Wij onderwijzen al onze kennis. Van voetenwerk tot het werk van het berijden, van de dagelijkse zorgen tot de assistentie aan dierenartsen, van de anatomie tot de motoriek, van de voeding tot het management van werkprogramma’s. De paardenwereld, het is veel meer dan enkel op het paard rijden, het is een wereld waarin men zowel een goede observator als een doener moet zijn, en dit in het juiste evenwicht.
Beoefent u nog altijd competitieve activiteiten?
Ja, maar tegenwoordig breder dan de eenvoudige sportprestaties. Ik hou er vooral van om jonge paarden op te leiden en ik neem ze mee op wedstrijden in de testen van 4, 5 of 6 jaar. Dit geeft me de gelegenheid om ze ook in een competitieve situatie te trainen, maar door eerst dat ‘fundament’ te leggen waarover ik het had. Dan heeft het paard een veel betere kans om zijn baas tevreden te stellen en zo weinig mogelijk stress te hebben. Een paard wordt niet geboren in de wereld van de mens, we moeten hem onze codes uitleggen. Daarbij moeten wij eveneens rekening houden met die van hem, met zijn fysiologische basisbehoeften: ruimte, beweging, sociale contacten en aangepaste voeding.
Auteur van het artikel: Sotheby’s International Realty
Website van Sotheby’s International Realty
https://www.sothebysrealty.be/nl/